Haaksbergen – Tijdens de herdenking van het 125-jarig bestaan van de Haaksbergsche Schutterij in augustus 1976 begonnen de bestuursleden W.E. ten Asbroek en J.G.L. Overbeeke van de Historische Kring te twijfelen aan de juistheid van het aantal jubileumjaren. Ze vermoedden dat de Schutterij mogelijk ouder was dan het gevierde feest in 1976 en dat er wellicht enkele tientallen jaren aan de eerbiedwaardige ouderdom moesten worden toegevoegd. Als gedreven geschiedkundigen konden ze deze twijfel niet loslaten, en het resultaat van hun onderzoek werd beschreven in het recente nummer van “Aold Hoksebarge”, het tijdschrift van de Historische Kring.
Er waren twee redenen voor hun twijfel. Ten eerste werd er in de bijlage van een verzoekschrift aan Gedeputeerde Staten van 24 maart 1785 een afbeelding van het Schuttersvaandel toegevoegd. De gearceerde bloemdelen, kroon en banderol met plaatsnaam waren rood gekleurd, terwijl de andere delen en het wapenveld blauw waren.
Daarnaast was er destijds weinig reden om een schutterij op te richten, omdat de tijden rond 1851 relatief rustig waren. Echter, op 16 augustus van dat jaar woedde er een grote brand in Haaksbergen. Het is niet onwaarschijnlijk dat men ruim een week later besloot om een gezelligheidsvereniging in de vorm van een schutterij op te richten.
In het Rijksarchief in Zwolle vonden Ten Asbroek en Overbeeke een oud document gericht aan de “Edel Mogende Heeren Mijne Heeren de ordinares Gedeputeerden van de Staaten van de Provincie van Overijssel”. Dit document vermeldde dat op 24 maart 1785 een corps van Haaksbergse ingezetenen was opgericht en dat er een vaandel was gemaakt. Het document benadrukte dat het corps geen andere intenties had dan gehoorzaamheid aan de wetgevende autoriteiten.
Uit deze tekst bleek dat het Haaksbergs exercitiegenootschap reeds bestond op 24 maart 1785. Mogelijk was de schutterij zelfs al in 1784 opgericht, gezien een vermelding van een traktatie door overste Pieter van Velzen aan de schutters in het debiteurenboek van waard Hendrikus Waanders op 24 januari 1785.
Volgens dr. W.J. Formsma, auteur van “De Geschiedenis van Overijssel”, was er in 1786 een vertegenwoordiging van de Haaksbergse schutterij aanwezig op een vergadering in Kampen waar gewapende schutterijen en genootschappen samenkwamen.
De heren Ten Asbroek en Overbeeke concludeerden dat het niet mogelijk was om een exactere oprichtingsdatum te bepalen dan eind 1784 of begin 1785. Ze hielden het echter op 24 maart 1785, de dag waarop officiële goedkeuring werd gevraagd aan Gedep. Staten.
Met deze nieuwe inzichten en enkele aanknopingspunten zullen de leden van de Haaksbergse Schutterij, die binnenkort bijeenkomen, voorzichtig gaan spreken over de viering van het 200-jarig bestaan in 1985. De ontdekking van de historische kring werpt een nieuw licht op de ouderdom van de Schutterij en belooft een interessante periode van verdere studie en viering van deze eerbiedwaardige instelling.